Leonardo Vitor Santiago werd voor het eerst onder de aandacht van voetbalminnend Nederland gebracht, toen hij als 11-jarige in 1994 samen met zijn vriendje Anselmo door de Nederlandse documentaire-maker Jos de Putter ten tonele werd gevoerd in de film ‘Solo, de wet van de Favela’. Centraal stond de droom van het tweetal om via een carrière als profvoetballer aan de sloppenwijken van Rio de Janeiro te ontsnappen. Overduidelijk was dat Leonardo een balkunstenaar in de dop was.
Embed from Getty Images |
Leonardo in actie tijdens de UEFA-Cup finale van 2002 |
Toen de Feyenoord-scouts Frans Bouwmeester en Piet de Visser een jaar later in Brazilië waren in verband met de transfer van de Braziliaanse jeugdinternational Glaucio, besloten ze om ook Leonardo naar Nederland te halen, eerst voor een stage en later definitief. Hij werd ondergebracht in de jeugdopleiding en gold als een grote belofte. Met name zijn dribbel-vaardigheid werd geroemd en daarnaast zijn indrukwekkende arsenaal aan passeerbewegingen. Op 17-jarige leeftijd kreeg Leonardo zijn kans in het eerste elftal. Hij debuteerde sterk, met als hoogtepunt de befaamde voorzet achter het standbeen tegen RBC waaruit Chris Gyan een doelpunt scoorde, maar werd teruggeworpen toen het Portugese paspoort waarmee hij zijn werkvergunning had verkregen, vals bleek te zijn. Leonardo moest wachten tot zijn 18e verjaardag alvorens hij alsnog aan de slag kon.
Hoewel hij niet kon rekenen op een vaste basisplaats en coach Van Marwijk kritiek had op zijn gebrek aan discipline, binnen en vooral buiten het veld, droeg Leonardo het volgende seizoen zijn steentje bij aan het winnen van de UEFA-Cup. Hij leek met vallen en opstaan op weg om zijn belofte in te lossen. Een nieuwe tegenslag diende zich echter aan in de vorm van een lange periode van blessureleed waaraan pas in het voorjaar van 2005 een einde zou komen. Leonardo maakte zijn rentree tegen Willem II. Een passeerbeweging, waarbij hij zijn tegenstander met een bal achter het standbeen volledig het bos in stuurde, maakte duidelijk dat Leonardo nog altijd als een groot talent moest worden beschouwd.
Het leek de opmaat voor een glorieuze comeback, maar dat zou anders lopen. Trainer Ruud Gullit was niet te spreken over Leonardo’s mentaliteit en de inmiddels 22-jarige Braziliaan kwam al snel na zijn rentree terecht op een zijspoor. Gullits opvolger, Erwin Koeman, deed weinig moeite om Leonardo alsnog op het juiste spoor te krijgen en zette hem uiteindelijk zelfs buiten de selectie. In januari 2006 vertrok Leonardo daarom naar NAC, in de hoop daar zijn loopbaan te redden. Wat een sprookje had moeten worden, was uitgelopen op een diepe deceptie.
Volledig profiel: Leonardo Vitor Santiago